U bent hier
Wateroverlast Sint-Joris-Weert
Via de pers of de gemeente hebt u er niets van vernomen, maar midden november vorig jaar hebben een aantal huizen in de Kauwereelstraat in Sint-Joris-Weert dagenlang onder water gestaan.
Wat is er toen gebeurd? We vroegen het aan één van de betrokkenen: Ciska Proost.
Ciska Proost: Op zaterdag 13 november steeg het niveau van de Dijle, die op zo’n 200 m achter onze woningen loopt, angstaanjagend. Wij hebben dan uit voorzorg zandzakjes gehaald.
Zondagochtend begon De Dijle langzaamaan over de oevers en in de weilanden te lopen. Het zandmuurtje werd nog opgehoogd, maar maandagochtend stond de Dijle dan toch tot in onze huizen, ongeveer 1 meter hoog.
Kregen jullie geen hulp bij dit alles?
Ciska Proost: Weinig tijdens het weekeinde, behalve dan van schepen Daniëls, die we zelf gecontacteerd hadden, en de politie.
Maandagvoormiddag kwam ook de burgemeester langs met mensen van de gemeente en werden er paletten met zandzakjes aangevoerd. Diezelfde maandag zijn wij ’s morgens ook een stroomaggregaat moeten gaan huren en lieslaarzen gaan kopen omdat het water toen al lieshoog stond en wij geen elektriciteit of verwarming meer hadden.
Hoe is dit kunnen gebeuren?
Ciska Proost: Dat is een vraag die wij samen met de buren in een brief op 18 november 2010 voorgelegd hebben aan het College van Burgemeester en Schepenen. Tot nog toe kregen we hier echter geen antwoord op.
Het is echter wel opvallend dat de werken van Aquafin net beëindigd waren en een van de hulpverleners ons toevertrouwde dat het hen opviel hoe vaak zij voor het eerst moesten tussenkomen wegens wateroverlast in buurten waar dergelijke werken gedaan waren. Ook een deel van het door het Aquafin heraangelegde wegdek van de Neerijsebaan stond onder water op een plaats waar het water van de ernaast liggende velden vroeger normaal wegvloeide onder het wegdek door.
En welke rol heeft Leuven in dit alles gespeeld? Het zo geroemde overstromingsgebied in de Doode Bemde stond in ieder geval NIET onder water, in tegenstelling tot onze kelder.
En wat nu voor de toekomst?
Ciska Proost: De overstroomde oevers van de Dijle zijn volledig afgekalfd en moeten héél dringend versterkt en opgehoogd worden om verdere wateroverlast te voorkomen. Maar wie gaat daar voor zorgen? Zal de gemeente nu ook de bestaande beken, o.a. de Leibeek, en grachten regelmatig ruimen, zoals o.a. buurgemeente Nethen doet?
Zal er onderzocht worden welke verantwoordelijkheid Leuven en Aquafin eventueel bij dit alles dragen?
Zoals gezegd hebben we samen met de buren al deze vragen bij brief van 18 november 2010 voorgelegd aan het gemeentebestuur, maar we hebben hier nooit een antwoord op gekregen.
Gezien de brief van deze inwoners niet beantwoord werd, legde N-VA gemeenteraadslid Bert Vanhamel het schepencollege tijdens de gemeenteraadszitting van 22 maart hun vragen opnieuw voor.
Het schepencollege antwoordde het volgende:
"Naar aanleiding van het noodweer van november 2010 werden door de gemeente volgende acties ondernomen:
- op 01/12/2010 schreef de gemeente de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en de provincie Vlaams-Brabant aan met de vraag de oorzaak van de overstroming te onderzoeken, alsook tevens na te gaan hoe dit in de toekomst vermeden kan worden en welke structurele maatregelen hiertoe nodig zijn;
- op 28/01/2011 ontving de gemeente tevens een brief van de VMM waarin gemeld werd dat de VMM via een geactualiseerd model zal nagaan hoe de waterberging in het Dijlebekken verder geoptimaliseerd kan worden om het onderlopen van woningen te vermijden. Hiertoe zullen een aantal scenarioberekeningen uitgevoerd worden.
In februari 2011 vond ter voorbereiding een vergadering plaats met de technische dienst van de gemeente en de VMM.
De gemeente zal door de VMM op de hoogte gehouden worden van het verder verloop (bv. de eventuele noodzaak van structurele werken). Aan de VMM zal ondermeer gevraagd worden om te onderzoeken hoe het komt dat de oever van de Dijle afkalft."