Neen aan een te grote verdichting in onze gemeente!

In haar lange termijn visie op de ‘ruimtelijke’ toekomst wil de provincie voor onze deelgemeentes Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert een minimale verdichting van 25 woningen per hectare. Dit is een te sterke verdichting welke geheel niet overeenkomt met het landelijk karakter van onze gemeente. Teken daarom voor 1 maart bezwaar aan en vraag dat de verdichting beperkt wordt. Lees hier hoe je heel eenvoudig zo’n bezwaar kan indienen. Elke stem telt!

Het Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant.

Het Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant is de lange termijn visie op de ‘ruimtelijke’ toekomst van onze deelgemeente. Hiervoor wordt elke deelgemeente in Vlaams-Brabant onder één van volgende 4 types geplaatst:

• Stedelijke kern
• Hoogdynamische woonkern – Vervoerskern
• Hoogdynamische woonkern – Kerndorp
• Landelijke dorpskern

Elk type bepaalt de gewenst toekomstige ruimtelijke ontwikkeling. Voor Oud-Heverlee is het voorstel om Blanden en Vaalbeek als ‘Landelijke Dorpskern’ en Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert als ‘Hoogdynamische woonkern – Vervoerskern’ te benoemen.

Je kan het volledige beleidsplan vinden op https://ruimtevoorvlaamsbrabant.be/.

Wat betekent dit voor Oud-Heverlee?

Voor Blanden en Vaalbeek ligt als landelijke dorpskernen de nadruk op een selectieve toename van het totale woonaanbod, dit met behoud van het landelijke karakter (diversifiëring van het woonaanbod is hier wel mogelijk). Niet-uitgeruste woongebieden kunnen niet meer zomaar ontwikkeld worden. De gemeenteraad heeft de bevoegdheid om verkavelingen van deze gebieden niet langer toe te staan door niet-goedkeuring van bijkomende wegenis. In deze dorpskernen bepleit de provincie een verkavelingsstop.

Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert kunnen zich als hoogdynamische woonkernen – vervoerskernen verwachten aan een intensiever gebruik van de nog open gebieden. Hierbij geldt o.a. een minimale woondichtheid van 25 woningen per hectare met meergezinswoningen (zoals appartementen) en toelaten van een hoger aantal bouwlagen (hoogbouw). Dit gaat in tegen het landelijke karakter van onze gemeente.

‘Vervoerskernen’ moeten ook over een ‘hoogwaardig openbaar vervoer’ beschikken. Dit vereist een hoge frequentie, snelheid en stiptheid. In realiteit bestaat er slechts een beperkte frequentie, welke ’s avonds en in het weekend nog extra afneemt. Bovendien rijden bussen zich vaak vast in het Leuvense verkeer, vooral tijdens ochtend- en avondspits.

Voor de treinverbinding in Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert erkent ook Regionet Leuven dat men hier te maken heeft met een spoorlijn met eerder lage performantie en geeft aan dat het hoogwaardig openbaar vervoer van stadsregio Leuven niet tot Oud-Heverlee reikt. Op de website lezen we over de spoorcorridor Leuven – Ottignies - Louvain-La-Neuve: ‘Omwille van de groene context en de selectieve auto-bereikbaarheid is het groeipotentieel van de kernen beperkt. De corridor heeft evenwel een groot recreatief potentieel.’

En hoewel men in het beleidsplan naar ‘woonkernen’ verwijst, wordt nergens aangegeven hoe ver de dorps- of woonkern zich uitstrekt of dat deze eerst afgebakend moeten worden. Kernen worden afgebakend in een gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP), maar aangezien de gemeente momenteel nog geen RUP heeft, zijn deze nog niet afgebakend. 

De vrees is dan ook dat de huidige meerderheid voor deze deelgemeenten hoogbouw, appartementen en sterke verdichting zal nastreven dit zonder rekening te houden met de bestaande lokale eigenheid. En zo wordt Oud-Heverlee geleidelijk aan volgebouwd en wordt het een feitelijke uitbreiding van de Leuvense stadskern. Leuven heeft in het verleden al aangegeven dat men voor haar woningnood een uitbreiding in de randgemeentes nastreeft. 

Wat is de positie van de huidige meerderheid in deze? Er worden blijkbaar geen vragen gesteld bij deze ontwikkeling, integendeel. Recent werd een bouwvergunning toegekendvoor een appartementsblok met 4 verdiepingen, en streeft mennu al een zeer sterke verdichting na zonder rekening te houden met de reeds bestaande lokale eigenheid. Wat motiveert deze meerderheid? Wil deze meerderheid ons tot uitbreidingsgebied van Leuven maken?

Wat willen we dat aangepast wordt?

Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert moeten als ‘Hoogdynamische woonkernen – kerndorpen’ erkend worden. Hierdoor wordt de verdichting beperkt tot maar 15 woningen/ha en moeten bijkomende woningen zich inpassen in het bestaande woonweefsel. Dit geeft ons meer zekerheid dat het landelijke karakter van onze gemeente behouden wordt.

Wat kan ik er aan doen?

Je kan tot 1 maart 2023 uw bezwaren aan de provincie overmaken. Hoe meer bewoners dit doen, hoe krachtiger onze stem klinkt. Elke inwonersstem is dus belangrijk, ook de uwe! Je kan je bezwaren per e-mail indienen naar ruimtelijkeplanning [at] vlaamsbrabant.be.

Een voorbeeld van bezwaartekst:

Geachte,

Als inwoner van Oud-Heverlee wil ik constructief meedenken aan het Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant.

Ik kan mij echter niet vinden in de classificatie van Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert als “Hoogdynamische Woonkern – Vervoerskern”, dit is niet in overeenstemming is met de realiteit. Deze deelgemeentes hebben een sterk landelijk karakter met een zwak openbaar vervoer. Een goed openbaar vervoer vereist een hoge frequentie, snelheid en stiptheid. In realiteit bestaat er in voornoemde deelgemeentes slechts een beperkte frequentie, welke ’s avonds en in het weekend nog extra afneemt. Bovendien rijden bussen zich vaak vast in het Leuvense verkeer, vooral tijdens ochtend- en avondspits.

En voor de treinverbinding in Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert erkent ook Regionet Leuven dat men hier te maken heeft met een spoorlijn met een eerder lage performantie en geeft aan dat het hoogwaardig openbaar vervoer van stadsregio Leuven niet tot Oud-Heverlee reikt. Op de website lezen we over de spoorcorridor Leuven – Ottignies - Louvain-La-Neuve: ‘Omwille van de groene context en de selectieve auto-bereikbaarheid is het groeipotentieel van de kernen beperkt. De corridor heeft evenwel een groot recreatief potentieel.’.

Gezien het gebrek aan een performant hoogwaardig openbaar vervoer zal een groei van deze woonkernen een toename van het autoverkeer met zich meebrengen. Dit heeft niet alleen een negatief effect op de buurt, maar ook op mobiliteit, natuur en milieu. 

En hoewel men in het beleidsplan over ‘woonkernen’ schrijft, wordt nergens aangegeven hoe ver de dorps- of woonkern zich uitstrekt of dat deze eerst afgebakend moeten worden.  De vrees is dan ook dat men over de gehele deelgemeente hoogbouw, appartementen en een sterke verdichting kan nastreven. Dit zonder rekening te houden met bestaande lokale eigenheid. Dorpskernen zouden in een gemeentelijke RUP moeten afgebakend worden dat onderworpen is aan een openbaar onderzoek met inspraakmogelijkheden voor de inwoners, maar dat is nog niet gebeurd in de fusiegemeente van Oud-Heverlee.

Een classificatie als “Hoogdynamische Woonkern – Dorpskern” is daarom meer gepast. Het strookt volledig met het landelijk karakter van deze deelgemeentes en is in overeenstemming met de afwezigheid van een hoogwaardig openbaar vervoer. Ik vraag dan ook dat de deelgemeentes Haasrode, Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert een herclassificatie krijgen naar “Hoogdynamische Woonkern – Dorpskern”.

Met hoogachting,

Naam & adres